Musea
Ben je in Amsterdam geweest, dan 'moet' je in het Rijksmuseum geweest zijn. Ben je in Madrid geweest, dan 'moet' in het Prado geweest zijn.
En ben je in Bilbao dan vindt iedereen dat je in het Guggenheimmuseum geweest 'moet' zijn. Wat mensen vinden dat je al dan niet bezocht zou moeten hebben is aan hen. Ik bekijk meestal van te voren wat mij interessant lijkt. En mijn eerste indruk, die ik op deed via het internet, was dat 'het Guggenheim' wel erg veel moderne kunst bevatte, een zgn 'Çontemporary Art Museum'. En eerlijk gezegd, ben ik daar niet zo'n grote liefhebber van.
Ik vergeleek het al met wat ik ooit in het Kröller-Müller museum zag: een ruime zaal met daarin een spoorstaaf van zo'n 15 meter lengte, diagonaal in de zaal gelegd. Daarover heen - ongeveer te midden van die rail - een railstuk van ca. 7 meter er dwars opgelegd.
En daarbij een bordje "Niet aanraken aub".
Dan verschijnen er bij mij diepe, diepe rimpels.........
Guggenheim
Hoe dan ook: Guggenheim kreeg het voordeel van mijn twijfels. Om te beginnen is het natuurlijk al een heel erg futuristisch gebouw, ontworpen door de architect Frank Gehry. Deze Canadees-Amerikaanse architect gaat er vanuit dat we in een continu veranderende wereld leven, met mensen die allerlei tekorten maar ook talenten hebben. Dat wereldbeeld moet naar zijn zeggen in de kunst en ook in de architectuur terugkomen.
In de omgeving van het museum zijn nog enkele opvallende elementen te onderscheiden, t.w.:
Puppy: dit 12 meter hoge beeld van een hond, gemaakt door de kunstenaar Jeff Koons in 1992, stond eerst op de tentoonstelling voor actueel beeldende kunst in de Duitse stad Kassel. De buitenkant is bekleed met 25.000 kilo potaarde waarin zo'n 70.000 planten en bloemen leven.
In 1997 werd het aangekocht door het Guggenheimmuseum in Bilbao waar het nu staat te pronken. Binnenin het beeld zorgt een irrigatiesysteem voor het bewateren van de plantjes. Puppy lijkt inmiddels omarmt als hét troeteldiertje van Bilbao, gezien de souvenirshops die er vol mee hangen.
Maman: 'Maman' is een spin van 9 bij 10 meter, opgebouwd uit staal en brons. De kunstenares is Louise Bourgeois. Bij diverse musea in de wereld staat een 'maman' van haar. Onder de spin hangt een netje met een dertigtal eieren van marmer.
Metalen ballensculptuur: De metalen ballensculptuur aan de voorkant van het Guggenheimmuseum komt uit de beeldhouwfabriek 'You Fine Art Sculpture'. Het zijn 73 prachtig gepolijste ballen die onregelmatig op elkaar gestapeld zijn en toch de indruk geven van een evenwichtig en regelmatig bouwwerk. Het beeld is getiteld 'Tall Tree & The Eye' en is een ontwerp van van Anish Kapoo (India), Letterlijk en figuurlijk een ‘schitterend’ beeld, zeker als ook het water rondom het museum er nog in weerspiegelt.
De rode 'brug': Of moeten we zeggen de rode 'poort' die op de brug geplaatst is. Opvallend is de brug/poort in ieder geval wel. Eenmaal door de poort en over de brug gekomen zit je in de stad. De Rode poort is gebouwd n.a.v. een wedstrijd die is uitgeschreven bij het 10-jarig bestaan van het Guggenheimmuseum.
Guggenheim - inside......
Het mueseum is gebouwd op een oppervlakte van 32.500 m2. Ongeveer eén derde deel daarvan is expositieruimte.
Bij binnenkomst in het museum wacht je een ruimte – het atrium – waarvan je denkt: hier had heel veel kunst ondergebracht kunnen worden. Maar nee, leeg, leeg, leeg. Zonde van de ruimte. In een volgende ruimte kun je met gemak een aantal vliegtuigen parkeren. Maar wat staat er? Gebogen stukken roestkleurig ijzer (of beton?) waar je tussen door kunt lopen. Als je er in loopt verwacht je elk moment iets van kunst te zien. Maar nee, het is en blijft allemaal leeg.
Maar laten we niet blijven somberen. Er viel ook best nog wat te genieten, want naast de kunstwerken die bij mij niet de minste waardering op kunnen wekken, zien we toch ook mooie stukken kunst. Persoonlijk heb ik wel heel erg genoten van de prachtige gekleurde glazen tulpen (Jeff Koons), de 150 veelkleurige ‘faces’ (Andy Warhol) en ‘Waking’ van Gilbert en George.
Deze kunst verdient het om in het groot te bekijken. Klik daarvoor op onderstaande foto's en geniet!
En dan zijn er nog – zoals ik het maar noem - de psychedelische effecten.
Een zaal waar meer dan tien grote beamers en boxen kaleidoscopische beelden rondom presenteren. Alles vloeit prachtig in elkaar over begeleidt door prachtige synthesizer muziek.
En een andere kamer is volop behangen met spiegels en honderden lampjes in allerlei kermiskleuren. Hier mochten maar 4 personen tegelijk binnen en na amper 30 seconden moesten we de kamer weer verlaten. Waarschijnlijk om niet al te veel prikkels op te doen.
Was 'het Guggenheim' nu een bezoekje waard?
Ja, toch wel! Al geniet je maar van enkele mooie werken, dan is het de moeite waard om een museum te bezoeken.
En wat je niet geweldig of zelfs afstotend vindt? Laat dat lekker links liggen!